Netwerk
Op de pagina Instellingen > Netwerk vind je drie hoofdonderdelen:
- Huidige netwerkeigenschappen
- Netwerkconfiguratie
- NTP-serverinstellingen
Deze pagina legt uit wat elk onderdeel betekent en welke instellingen je kunt aanpassen.
Huidige netwerkeigenschappen
In dit blok zie je:
- Het MAC-adres
- De huidige netwerkmodus (
auto
ofmanual
) - Het IPv4-adres
- De gateway
- DNS-servers
Modus auto
betekent dat de CEMM via DHCP automatisch een IP-adres en DNS-servers ontvangt.
Modus manual
houdt in dat deze gegevens handmatig zijn ingevoerd — dit wordt ook wel een statisch IP-adres genoemd.
Netwerkconfiguratie
Standaard gebruikt de CEMM DHCP om een IP-adres te verkrijgen. Deze oorspronkelijke configuratie is verouderd en niet aanpasbaar.
Via de knop Upgrade kun je overschakelen naar een modernere configuratie. Deze upgrade is eenmalig en kan netwerkproblemen verhelpen. Na de upgrade verschijnen er extra instellingsopties.
Beschikbare modi:
auto
– standaardmodus waarbij de CEMM automatisch een IP-adres krijgt via DHCPmanual
– handmatige invoer van een statisch IP-adres
Statisch IP-adres instellen
Bij het opslaan van de instellingen schakelt de CEMM direct over naar de nieuwe modus. Vul de gegevens zorgvuldig in om te voorkomen dat je de verbinding verliest. Mocht dat toch gebeuren, zie Netwerk reset uitvoeren.
Voer de volgende gegevens in:
- Modus:
manual
- IPv4-adres: lokaal IP-adres in CIDR-notatie, bijv.
192.168.1.100/24
- IPv4-gateway: IP-adres van je router, bijv.
192.168.1.1
- IPv4-DNS: één of meerdere DNS-serveradressen, gescheiden door puntkomma’s, bijv.
1.1.1.1;8.8.8.8
Instellingen voor IPv6 zijn optioneel. Klik op Opslaan om de wijzigingen toe te passen.
Netwerk reset uitvoeren
Kun je na het wijzigen van de netwerkconfiguratie geen verbinding meer maken met de CEMM? Dan kun je de instellingen terugzetten naar de standaard DHCP-modus.
Resetprocedure:
- Haal de ethernetkabel binnen 30 seconden minimaal vijf keer uit de CEMM en steek hem weer in.
Let op:
- Wacht 1 of 2 seconden tussen elke handeling om te zorgen dat de CEMM het loskoppelen registreert.
- Zorg dat de andere kant van de kabel is aangesloten op een router of switch, anders wordt de actie niet gedetecteerd.
- Zodra de CEMM dit detecteert, knippert de LED naast poort 5 snel gedurende 30 seconden.
- Laat de kabel vervolgens aangesloten.
NTP-serverinstellingen
De CEMM synchroniseert zijn tijd via NTP-servers. Een correcte tijd is cruciaal: afwijkingen kunnen leiden tot foutieve logboeken en zelfs gegevensverlies.
Op deze pagina verschijnt een waarschuwing als er een tijdsafwijking wordt gedetecteerd.
Standaard is het veld NTP-servers leeg. In dat geval wordt via DHCP een server aanbevolen.
Wil je meer controle, of gebruik je een statisch IP-adres? Vul dan je eigen NTP-server(s) in bij NTP-servers.
Het veld NTP-servers (fallback) wordt gebruikt als de primaire servers niet bereikbaar zijn.
Je kunt meerdere servers opgeven, gescheiden door een spatie. Bijvoorbeeld:
nl.pool.ntp.org time.google.com
Klik op Reset en vervolgens op Opslaan om de standaardinstellingen terug te zetten.